Eerste fase onderzoek naar toekomstige energiebronnen De Waard en Waardeiland afgerond.
Bedrijventerrein De Waard en woonwijk Waardeiland zijn gezamenlijk een onderzoek gestart
naar duurzame energiebronnen. Een of meerdere duurzame energiebronnen zijn nodig om de
CO2-doelen van Nederland te halen en een duurzame aarde aan de volgende generatie door te
geven. Met de stijgende gasprijzen in gedachte willen steeds meer bewoners en ondernemers
daar niet nog decennia mee wachten. De Stichting Energietransitie De Waard/Waardeiland
(SEDWW) zet er graag vaart achter. Dinsdagavond 8 november presenteerde de stichting in
zorgcentrum Roomburgh de eerste uitkomsten van het onderzoek naar de verschillende
mogelijkheden.
Huidige situatie
Om uit te zoeken wat er nodig is heeft Barry Meddeler van adviesbureau Syntraal het energieverbruik
op De Waard/Waardeiland in kaart gebracht. De gemiddelde kosten op Waardeiland zijn in 2023 (met
het voorgenomen prijsplafond voor gas- en elektriciteitsprijzen) € 3.000, waarvan € 2.200 op gaat aan
gas.
De meeste woningen hebben een (voorlopig) energielabel C. Dat betekent dat bij een aanzienlijk deel
van de woningen beter isoleren nog een belangrijke stap is. Want naar welk systeem er straks ook
overgestapt wordt, betere isolatie is altijd verstandig, zeker om het behaaglijk te houden. Omdat dit in
alle situaties nuttig is, wordt dit ook wel een spijtvrije maatregel genoemd.
Op jaarbasis heeft Waardeiland ongeveer 25.000 gigajoule warmte per jaar nodig. Het bedrijventerrein
De Waard ongeveer 20.000 gigajoule per jaar. Een collectieve duurzame oplossing moet dat kunnen
opleveren, is het uitgangspunt. En het moet ook qua kosten en techniek minimaal even interessant
zijn als individuele oplossingen. Daarnaast is de duurzaamheid van de nieuwe energiebronnen en de
leveringszekerheid belangrijk. Later in het proces kunnen bewoners en ondernemers kenbaar maken
wat ze de belangrijkste factoren vinden, in een zogenaamde afwegingsmatrix.
Mogelijke energiebronnen
Met de totale energiebehoefte in het achterhoofd zijn de lokale energiebronnen onderzocht. Dat zijn:
aquathermie, bodemwarmte, restwarmte, zonnedaken en windmolens. Windmolens leveren in de
bebouwde omgeving echter te weinig op. En al veel huizen op het Waardeiland hebben
zonnepanelen, blijkt uit dakonderzoek. Er is niet veel dakvolume meer over. Op de daken van
bedrijven op De Waard is nog wel veel ruimte. Dat zou een goede aanvulling zijn, maar zonnedaken
kunnen niet de totale jaarvraag van 45.000 gigajoule leveren.
Restwarmte, van bijvoorbeeld de kaasfabriek, biedt in de praktijk onvoldoende leveringszekerheid.
Bedrijven willen vaak geen langjarige contracten aangaan omdat ze in de toekomst mogelijk zelf over
die restwarmte willen beschikken. Ook geothermie is voor De Waard/Waardeiland niet interessant. Die
techniek is te duur voor het relatief kleine gebied. “Waterstof is voorlopig voor woonwijken geen optie”,
weet Barry Meddeler. Dat gaat de komende decennia naar de zware industrie.
Voorkeursbron
Wat wel zou kunnen, en wat met 45.000 gigajoule per jaar genoeg oplevert, is aquathermie in
combinatie met opslag in de bodem. Dat houdt in dat warm zomerwater uit het oppervlaktewater
(Oude Rijn, Nieuwe Rijn en Rijn-Schiekanaal) in de grond gepompt wordt. Daar wordt het bewaard op
ongeveer 15 graden, om in de winter weer omhoog te pompen en via een zogenaamd ‘bronnet’ van
ongeïsoleerde leidingen te distribueren naar huizen. In de winter wordt vervolgens koud water naar
beneden gepompt, waarmee in de zomer weer huizen en bedrijven gekoeld kunnen worden.
Die 15 graden uit dat bronnet is niet genoeg om een huis warm te krijgen. Die temperatuur moet nog
omhoog. Dat zou kunnen met een centrale warmtepomp voor de hele wijk of met een individuele
warmtepomp per huishouden. Een individuele warmtepomp heeft als voordeel dat huizen, in clusters,
aangesloten kunnen worden op dit bronnet wanneer dat gewenst is. Een ander voordeel van
individuele warmtepompen is, is dat in goed geïsoleerde huizen het water nog maar 30-40 graden
warmer gemaakt hoeft te worden. Terwijl bij een centraal systeem ook rekening gehouden moet
worden met slecht geïsoleerde huizen en de temperatuur van het water met (zoveel mogelijk) groene
elektriciteit moet worden verwarmd tot 70 graden.
Dat opwarmen kost elektriciteit, zowel bij een centraal opgestelde warmtepomp als bij individuele
warmtepomp(en). Bij individuele warmtepompen kan het elektriciteitsverbruik worden gecompenseerd
met zonnepanelen. Voor de aansluiting op het lokale bronnet betaal je eenmalige aansluitkosten en
een jaarlijks vastrecht. Hoeveel dit wordt en hoe zich dat verhoudt tot volledig individuele oplossingen
(zoals een eigen warmtepomp die gebruik maakt van de buitenlucht of -voor bewoners aan het water-
van het oppervlaktewater), wordt de komende periode doorgerekend. Syntraal gaat niet voor alle
bewoners een individuele oplossing doorrekenen. Voor de vergelijking worden gemiddelden gebruikt.
In de praktijk kan de vergelijking op individueel niveau dus beter of slechter uitpakken.
Rol gemeente
De gemeente heeft, zoals dat officieel heet, een regierol in de energietransitie, legt Bart van de Velde
uit die namens de gemeente de energietransitie van De Waard/Waardeiland ondersteunt. De visie van
de gemeenteraad is vastgelegd in de Transitievisie warmte 2022-2026.
Onderdeel van die visie is dat de gemeente aanstuurt op een multibronnenstrategie. Leiden wil in de
toekomst zoveel mogelijk verschillende energiebronnen gebruiken zodat er geen afhankelijkheid
ontstaat van één bron. Die bronnen zijn restwarmte, geothermie, zonne- en windenergie en
aquathermie voor waterrijke wijken zoals De Waard/Waardeiland.
Youri Haasbroek gaat kort in op de gebiedsplannen van de gemeente. Per buurt wordt bekeken wat
een goede mix is. Die wordt beschreven in een Uitvoeringsplan. Zo’n Uitvoeringsplan wordt eerst
goedgekeurd door burgemeester en wethouders en mogelijk ook door de gemeenteraad. Ondertussen
wordt er gewerkt aan een Participatieplan. Daarin staat hoe iedereen in de wijk bereikt en betrokken
gaat worden.
Aan dit alles gaat een Startnotitie vooraf. Deze Startnotitie is bedoeld om het college en de
gemeenteraad van tevoren op de hoogte te stellen van de plannen, zodat zij niet achteraf voor
voldongen feiten wordt geplaatst.
Hoe verder
Komende tijd gaat SEDWW samen met Syntraal en de gemeente reflecteren op de tot nu bereikte
resultaten en het vervolg. De verschillende voorkeurssystemen worden door Syntraal verder
uitgewerkt en vergeleken met individuele oplossingen. In mei wil SEDWW het onderzoek afgerond
hebben om een duidelijke uitkomst te kunnen presenteren.
De presentaties van SEDWW, Syntraal en de gemeente komen op de website van de Vereniging
Waardeiland, de ondernemersvereniging De Waard en de SEDWW te staan. SEDWW hoopt dat
bewoners over het onderzoek met elkaar in gesprek gaan, meedenken over de keuzes die gemaakt
moeten worden en dat ze hun kennis doorgeven aan de andere bewoners en ondernemers.
Vragen uit de wijk
De bewoners konden na afloop hun ideeën, zorgen en aandachtspunten op papier zetten en
inleveren bij de Stichting. Binnen nu en twee weken gaan de stichting en gemeente daarop
reageren. Ook was er gelegenheid tot vragen stellen.
Die vragen gingen onder andere over de praktische inpassing van een warmtepompsysteem. De
ruimte die het in beslag neemt is niet groter dan die van de cv-ketel en de aansluiting op de
warmteringleiding gaat via de kruipruimte. Het geluid dat de warmtepomp produceert is ongeveer
vergelijkbaar met een koelkast. De huidige radiatoren zijn in veel gevallen niet geschikt voor een
dergelijk systeem en zullen ook aangepast moeten worden.
Ook waren er vragen over de leveringszekerheid van zo’n collectief aquathermie-bronnet. Want wat
als Leiderdorp ook water uit de Rijn wil? Dat levert volgens Barry Meddeler van adviesbureau Syntraal
geen probleem op. En dat is ook iets waar het Hoogheemraadschap op toe ziet.
De realisatietermijn kwam eveneens ter sprake. Sommige bronnetten kunnen in drie tot vier jaar
gerealiseerd worden. Her en der in Nederland zelf in twee a drie jaar. Het is ook geen nieuw systeem.
Het wordt al vele jaren in verschillende wijken in Nederland gebruikt. Het eigendom zal niet bij
commerciële partijen komen te liggen, verwacht Meddeler. Voor de hand ligt dat de gemeente of een
coöperatie eigenaar wordt, zeker gezien de voorgenomen Wet Collectieve Warmte waarin is
aangegeven dat warmtenetten (waaronder ook bronnetten) voor minimaal 51% in publieke handen
moeten zijn.
Tot slot waren er vragen over de deelname aan het systeem. Want hoe meer mensen meedoen, des
te goedkoper het voor iedereen wordt. Maar, herhaalde Meddeler, bewoners mogen zelf beslissen. Ze
kunnen niet gedwongen worden mee te doen. Wel verwacht hij dat als er een aantrekkelijk aanbod ligt
dat binnen redelijk afzienbare tijd gerealiseerd kan worden, daar wel zeker belangstelling voor is.
Of oudere mensen het nog de moeite waard vinden om zo’n investering te doen, is afwachten.
SEDWW-voorzitter Eileen Focke-Bakker vindt het ook voor deze groep nog de afweging waard. Zeker
als mensen hun huis nog willen verkopen. Want als toekomstige kopers kunnen kiezen tussen een
duurzaam huis of een huis waarvoor ze de transitie nog moeten regelen is de kans groot dat ze voor
de eerste kiezen.
Over Stichting SEDWW
Het doel van de Stichting Energietransitie De Waard/Waardeiland (SEDWW) is om te werken aan een
duurzame aarde voor volgende generaties én daarom onderzoek te laten uitvoeren naar de meest
duurzame en betaalbare energievoorziening voor bewoners, gebouweigenaren en ondernemers.
Daarvoor heeft de stichting subsidie gekregen van de provincie en de gemeente .
De bewoners van het Waardeiland zijn een samenwerking met het bedrijventerrein De Waard
aangegaan toen bleek dat ze dezelfde ideeën hadden over de toekomstige groene
energievoorziening. Bijkomstig voordeel is dat ondernemers, aldus voorzitter Eileen Focke-Bakker,
altijd denken in mogelijkheden en oplossingen. Én ook in harde deadlines. Dat helpt want de stichting
wil vaart zetten achter het onderzoek naar een duurzame collectieve energievoorziening.
Na een aantal verkennende studies heeft SEDWW het bureau Syntraal gevraagd de mogelijkheden
voor De Waard/Waardeiland in kaart te brengen. De eerste resultaten van dit onderzoek werden
dinsdagavond gepresenteerd door Barry Meddeler aan geïnteresseerde buurtbewoners en
ondernemers.